Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de tumor. De incidentiedatum kan niet na de datum van aanvang van behandeling liggen. Wanneer de behandeling start voor de histologische bevestiging, is de incidentiedatum de datum van klinische diagnose van de tumor. De incidentiedatum ligt altijd binnen een termijn van 3 maanden na het eerste klinische bezoek in verband met deze tumor.
Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de tumor. De incidentiedatum kan niet na de datum van aanvang van behandeling liggen. Wanneer de behandeling start voor de histologische bevestiging, is de incidentiedatum de datum van klinische diagnose van de tumor. De incidentiedatum ligt altijd binnen een termijn van 3 maanden na het eerste klinische bezoek in verband met deze tumor.
Patiëntgegevens
ink_ses
Mediaan inkomen in postcodegebied als proxy voor sociaaleconomische status (SES).
Beschikbaar vanaf 2010. Sociaaleconomische status (SES) omvat iemands maatschappelijke positie. Het bepaalt voor een belangrijk deel de gezondheid en hangt onder meer samen met iemands levensverwachting in goede gezondheid. In onderzoek naar de samenhang tussen SES en gezondheid worden doorgaans de indicatoren opleiding, inkomen, beroep en/of materiële welstand gebruikt. Deze variabele berust op inkomen als proxy voor SES.
Er is gebruik gemaakt van inkomensgegevens per postcodegebied afkomstig van het CBS met 2019 als peiljaar. Deze gegevens zijn op 16‐10‐2023 gedownload via https://www.cbs.nl/nl‐nl/dossier/nederland‐regionaal/geografische‐data/gegevens‐per‐postcode.
Inkomen is hierbij gedefinieerd als het mediaan besteedbaar huishoudinkomen na correctie voor de grootte en de samenstelling van het huishouden. Per gebied is de mediaan van het gestandaardiseerde inkomen per huishouden vergeleken met de verdeling van dit inkomen voor alle huishoudens in het land, en op basis hiervan ingedeeld in een groep; laag, onder midden, midden, boven midden, of hoog. De bijbehorende inkomensgrenzen (uitgedrukt in euro's) zijn hier te vinden: https://www.cbs.nl/nl‐nl/longread/diversen/2023/statistische‐gegevens‐per‐vierkant‐en‐postcode‐2022‐2021‐2020‐2019/4‐beschrijving‐cijfers. Omdat het aantal huishoudens per postcodegebied vaak klein is, is er door het CBS ook gekeken naar het 99% betrouwbaarheidsinterval van het mediane inkomen. Wanneer dit interval meerdere groepen (laag, onder midden, midden, boven midden, of hoog) omvat, dan is er een nieuwe groep aangemaakt met als omschrijving het bereik ervan (bijvoorbeeld: 'laag tot onder midden'). Doordat het betrouwbaarheidsinterval is meegenomen overlappen de categorieën elkaar gedeeltelijk. Wanneer het mediane inkomen gebaseerd is op minder dan 10 huishoudens, dan is het inkomen gecategoriseerd als 'onclassificeerbaar'.
Het CBS publiceert inkomensgegevens in de vorm van 12 categorieën, waarbij categorieën elkaar gedeeltelijk overlappen omdat er door het CBS rekening gehouden is met het 99% betrouwbaarheidsinterval. Voor deze variabele is het aantal categorieën gereduceerd tot 3 categorieën, zodat het aantal categorieën behapbaar blijft en er geen sprake meer is van overlap in categorieën (en de hieraan verbonden inkomensgrenzen).
Aandachtspunten:
‐ Inkomen is een momentopname en zegt niets over het reeds opgebouwde vermogen.
‐ Het betreft geen individuele data maar data per postcodegebied, waarbinnen behoorlijke spreiding voor kan komen.
‐ Vanwege de aanzienlijke leeftijdsafhankelijkheid van huishoudinkomen is het van belang om bij analyses alleen personen in dezelfde leeftijdscategorie met elkaar te vergelijken.
‐ Het mediaan besteedbaar inkomen wordt als valide gezien voor een tijdsperiode van maximaal 10 jaar vóór en 10 jaar na het peiljaar (2019)
Selectie van maligniteiten te specificeren in aanvraag:
‐Periode: Eerdere maligniteiten en/of latere maligniteiten of op basis van een specifieke periode voorafgaand of rondom incientiedatum.
‐Type: Alle type kanker in NKR, of alle maligne/invasieve (excl. bcc van de huid) of selectie op specifieke tumorsoorten.
Inhoud NKR Database waarvoor volledige beschikbaarheid:
Periode: Landelijk compleet vanaf 1989
Exclusiecriteria:
‐ Patiënten woonachtig in het buitenland ten tijde van incidentie
‐ Basaalcelcarcinomen van de huid en lip
‐ Tweede invasieve en tweede niet‐invasieve plaveiseelcarcinomen van de huid
‐ Adenocarcinoma in situ/hooggradige dysplasi van colon, rectosigmoïd en rectum
‐ Carcinomn in situ van de cervix
‐ Mds en myeloproliferatief (t/m 2001)
‐ Goedaardige/borderline tumoren, uitgezonderd:
‐ Tumoren van het centrale zenuwstelsel vanaf 1999
‐ Carcinoïd van de appendix vanaf 2001
‐ Granulosaceltumor vanaf 2001
‐ Borderline tumoren van ovarium vanaf 2001
‐ Borderline tumoren van thymus vanaf 2001
‐ T‐cel leukemieën vanaf 2004
‐ GIST‐tumoren vanaf 2007
‐ AL amyloïdose vanaf 2017
Interval incidentiedatum en datum van de eerdere of latere maligniteit
Patiëntgegevens
mal_tumsoort
Tumorsoort van de eerdere of latere maligniteit.
Betreft de NKR tumorsoortindeling op basis van lokalisatie, morfologie en gedrag. Voor meer informatie zie: https://iknl.nl/nkr/registratie/tumorindeling
Het cijferdeel van de postcode van de patiënt ten tijde van incidentie
Patiëntgegevens
vit_stat
Vitale status.
Eenmaal per jaar aan het einde van het eerste kwartaal wordt de NKR met de GBA (Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens) gekoppeld. Het GBA is dan compleet tot 1 februari van dat jaar. Voor de patiënten die volgens de GBA nog in leven zijn is de datum van vitale status de datum tot wanneer de GBA compleet is. Is een patiënt volgens het GBA overleden of geëmigreerd dan is de datum van vitale status de datum van overlijden of emigratie. Met deze datum en de incidentiedatum wordt vervolgens Interval incidentiedatum en datum van vitale status (dagen) berekend.
Eenmaal per jaar aan het einde van het eerste kwartaal wordt de NKR met de GBA (Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens) gekoppeld. Het GBA is dan compleet tot 1 februari van dat jaar. Voor de patiënten die volgens de GBA nog in leven zijn is de datum van vitale status de datum tot wanneer de GBA compleet is. Is een patiënt volgens het GBA overleden of geëmigreerd dan is de datum van vitale status de datum van overlijden of emigratie. Met deze datum en de incidentiedatum wordt vervolgens Interval incidentiedatum en datum van vitale status (dagen) berekend.
Interval incidentiedatum en datum vitale status (dagen).
Eenmaal per jaar aan het einde van het eerste kwartaal wordt de NKR met de GBA (Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens) gekoppeld. Het GBA is dan compleet tot 1 februari van dat jaar. Voor de patiënten die volgens de GBA nog in leven zijn is de datum van vitale status de datum tot wanneer de GBA compleet is. Is een patiënt volgens het GBA overleden of geëmigreerd dan is de datum van vitale status de datum van overlijden of emigratie. Met deze datum en de incidentiedatum wordt vervolgens Interval incidentiedatum en datum van vitale status (dagen) berekend.
Tumorgegevens
ceod
Klinische tumoruitbreiding (EoD).
De 'Extent of Disease' (EoD)‐stadiëring wordt gebruikt voor solide tumoren waarvoor geen gangbare andere stadiëring zoals de TNM‐stadiëring bestaat De EoD‐stadiëring werd ook gebruikt bij morfologie M8000 (geen PA‐bevestiging) tot incidentiedatum 01‐01‐2012.
Indeling gemetastaseerde ziekte volgens CHAARTED criteria.
Sinds oktober 2015 wordt in de NKR vastgelegd of er = 4 of meer botmetastasen aanwezig zijn en of er tenminste 1 metastase buiten het bekken en de wervelkolom is gelokaliseerd. Daarnaast wordt het cM stadium en de locatie van metastasen vastgelegd. Dit maakt het mogelijk om gemetastaseerde ziekte in te delen volgens de CHAARTED criteria.
Let op: hierbij wordt geen rekening gehouden met de beeldvorming (e.g. conventionele beeldvorming, PSMA PET/CT) op basis waarvan de metastasen zijn gediagnosticeerd.
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie.
Van 1989 tot en met 1992 4de editie (TNM 4),
van 1993 tot en met 1998 4de editie 2de revisie (TNM 4),
van 1999 tot en met 2002 is dit TNM classificatie 5de editie (TNM 5),
van 2003 tot en met 2009 is dit TNM classificatie 6de editie (TNM 6),
van 2010 tot en met 2016 is dit TNM classificatie 7de editie (TNM 7),
en vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie.
Van 1989 tot en met 1992 4de editie (TNM 4),
van 1993 tot en met 1998 4de editie 2de revisie (TNM 4),
van 1999 tot en met 2002 is dit TNM classificatie 5de editie (TNM 5),
van 2003 tot en met 2009 is dit TNM classificatie 6de editie (TNM 6),
van 2010 tot en met 2016 is dit TNM classificatie 7de editie (TNM 7),
en vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Dit is een willekeurige en beperkte selectie van mogelijke waarden.
Tumorgegevens
cstadium
Klinisch TNM‐stadium.
cstadium: Het klinisch stadium wordt gebaseerd op de cTNM. De cTNM wordt gebaseerd op informatie verkregen voor aanvang van de (neoadjuvante) behandeling, inclusief bevindingen tijdens chirurgische ingrepen (wanneer niet neoadjuvant behandeld) die van invloed zijn op het behandelplan.
Betekenis "X" (onbekend): Het juiste stadium kan niet berekend worden, bijvoorbeeld bij TX/NX/M0. Betekenis "M" (missing): Een M wordt weergegeven als er geen TNM is ingevuld. Dit kan het geval zijn als de registratie nog niet volledig is afgerond, of er kan gebruik gemaakt zijn van de EoD‐stadiëring in plaats van de TNM‐stadiëring. Betekenis stadium "NVT" (niet van toepassing): TNM‐stadium is niet van toepassing voor de betreffende tumorsoort in deze incidentieperiode.
Tumorgegevens
ct
cT (TNM).
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie.
Van 1989 tot en met 1992 4de editie (TNM 4),
van 1993 tot en met 1998 4de editie 2de revisie (TNM 4),
van 1999 tot en met 2002 is dit TNM classificatie 5de editie (TNM 5),
van 2003 tot en met 2009 is dit TNM classificatie 6de editie (TNM 6),
van 2010 tot en met 2016 is dit TNM classificatie 7de editie (TNM 7),
en vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Dit is een willekeurige en beperkte selectie van mogelijke waarden.
Tumorgegevens
ct_it
Hoogste van klinische T‐stadium (cT) en T‐stadium op basis van beeldvorming (iT).
Sinds incidentiejaar 2019 wordt het T‐stadium (iT) op basis van beeldvorming apart vastgelegd. De reden hiervoor is een wijziging in de TNM classificatie die voorschrijft dat beeldvorming niet mag worden meegenomen bij de bepaling van het klinische T‐stadium (cT). In deze variabele is de hoogste waarde van het klinische T‐stadium en het T‐stadium op basis van beeldvorming geselecteerd.
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie. Van 1989 tot en met 1992 4de editie (TNM 4),
van 1993 tot en met 1998 4de editie 2de revisie (TNM 4),
van 1999 tot en met 2002 is dit TNM classificatie 5de editie (TNM 5),
van 2003 tot en met 2009 is dit TNM classificatie 6de editie (TNM 6),
van 2010 tot en met 2016 is dit TNM classificatie 7de editie (TNM 7),
en vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Tumorgegevens
diag_basis
Basis voor diagnose.
Niet microscopisch bevestigd
0 = alleen overlijdensverklaring beschikbaar
1 = alleen klinisch onderzoek (anamnese en lichamelijk onderzoek)
2 = klinisch‐diagnostische onderzoeken, exploratieve chirurgie of obductie (zonder microscopisch bevestiging)
4 = specifieke biochemische en/of immunologische laboratoriumonderzoeken
Microscopisch bevestigd
5 = hematologische (beenmergcytologie = bijvoorbeeld beenmergpunctie, bloeduitstrijk) of cytologische bevestiging van de primaire tumor of metastasen, of microscopische bevestiging zeker, maar onduidelijk of dit cytologie of histologie betreft
6 = histologische bevestiging uitsluitend van metastase(n), inclusief bij obductie
7 = histologische bevestiging van de primaire tumor, of onduidelijk of histologische bevestiging de primaire tumor of een metastase betreft, obductie (met histologische bevestiging)
Risicogroep o.b.v. hoogste van cT en iT bij diagnose.
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2013. Bij uitgestelde prostatectomieën betreft het de risicogroep op basis van gegevens voorafgaand aan de prostatectomie. Deze informatie is beschikbaar voor uitgestelde prostatectomieën uitgevoerd vanaf 01‐01‐2023.
Sinds incidentiejaar 2019 wordt het T‐stadium (iT) op basis van beeldvorming apart vastgelegd. De reden hiervoor is een wijziging in de TNM classificatie die voorschrijft dat beeldvorming niet mag worden meegenomen bij de bepaling van het klinische T‐stadium (cT). In deze variabele is de hoogste waarde van het klinische T‐stadium en het T‐stadium op basis van beeldvorming gebruikt om tumoren in te delen conform de EAU risicoclassificatie.
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2013. Bij uitgestelde prostatectomieën betreft het de risicogroep op basis van gegevens voorafgaand aan de prostatectomie. Deze informatie is beschikbaar voor uitgestelde prostatectomieën uitgevoerd vanaf 01‐01‐2023.
Let op: vanaf incidentiejaar 2019 mag beeldvorming niet meer meegenomen worden bij de bepaling van het klinische T‐stadium (cT). Dit geeft een verschuiving in de risicogroepindeling van 2018 op 2019. Voor een meer uniforme indeling kan de risicogroep bij diagnose o.b.v. hoogste van cT en iT gebruikt worden.
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2013. Bij uitgestelde prostatectomieën betreft het de Gleason score op basis van gegevens voorafgaand aan de prostatectomie. Deze informatie is beschikbaar voor uitgestelde prostatectomieën uitgevoerd vanaf 01‐01‐2023.
Interval incidentiedatum en datum van totaalscore Gleason bij diagnose (dagen).
Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de primaire tumor.
Tumorgegevens
diag_gs_prim
Primaire Gleason component bij diagnose.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. Bij uitgestelde prostatectomieën betreft het de Gleason score op basis van gegevens voorafgaand aan de prostatectomie. Deze informatie is beschikbaar voor uitgestelde prostatectomieën uitgevoerd vanaf 01‐01‐2023.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. Bij uitgestelde prostatectomieën betreft het de Gleason score op basis van gegevens voorafgaand aan de prostatectomie. Deze informatie is beschikbaar voor uitgestelde prostatectomieën uitgevoerd vanaf 01‐01‐2023.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. Bij uitgestelde prostatectomieën betreft het de Gleason score op basis van gegevens voorafgaand aan de prostatectomie. Deze informatie is beschikbaar voor uitgestelde prostatectomieën uitgevoerd vanaf 01‐01‐2023.
Interval incidentiedatum en datum van ISUP gradering bij diagnose (dagen).
Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de primaire tumor.
Tumorgegevens
diag_psa
PSA waarde bij diagnose (μg/l).
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2005. Bij uitgestelde prostatectomieën betreft het de PSA waarde op basis van gegevens voorafgaand aan de prostatectomie. Deze informatie is beschikbaar voor uitgestelde prostatectomieën uitgevoerd vanaf 01‐01‐2023.
0 = niet detecteerbaar (geldig vanaf 01‐10‐2015)
999 = >999 (geldig tot 01‐10‐2015)
9998 = >10.000 (geldig vanaf 16‐04‐2016)
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2013 t/m 2019. Indien er meerdere malen is gebiopteerd, dan is de sessie met het hoogste aantal positieve biopten/meest uitgebreide lokalisatie van positieve biopten gekozen en vervolgens de sessie met de eerste datum/datum dichtste bij diagnose.
Sinds incidentiejaar 2019 wordt het T‐stadium (iT) op basis van beeldvorming apart vastgelegd. De reden hiervoor is een wijziging in de TNM classificatie die voorschrijft dat beeldvorming niet mag worden meegenomen bij de bepaling van het klinische T‐stadium (cT).
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie. Vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Vanaf incidentiejaar 2015 wordt de topografie van metastasen op afstand standaard vastgelegd. Vóór 2010 was de registratie niet verplicht en t/m 2014 werden maximaal 3 topografieën vastgelegd.
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen /therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten.
Geen metastase(n) gediagnosticeerd binnen 3 maanden na diagnose van primaire tumor
1
Diagnose van metastase(n) binnen 3 maanden na diagnose van primaire tumor én vóór/op startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum
2
Diagnose van metastase(n) binnen 3 maanden na diagnose van primaire tumor, maar na startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum
Tumorgegevens
meta_bot_incdat
Incidentiedatum van botmetastase(n).
Vroegst bekende datum waarop een botmetastase is gediagnosticeerd in de periode voorafgaand aan progressie en tot maximaal 91 dagen na incidentie van de primaire tumor.
Interval incidentiedatum primaire tumor en botmetastase(n) (dagen).
Interval obv vroegst bekende datum waarop een botmetastase is gediagnosticeerd in de periode voorafgaand aan progressie en tot maximaal 91 dagen na incidentie van de primaire tumor.
Vanaf incidentiejaar 2015 wordt de topografie van metastasen op afstand standaard vastgelegd. Vóór 2010 was de registratie niet verplicht en t/m 2014 werden maximaal 3 topografieën vastgelegd.
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen /therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten.
Geen metastase(n) gediagnosticeerd binnen 3 maanden na diagnose van primaire tumor
1
Diagnose van metastase(n) binnen 3 maanden na diagnose van primaire tumor én vóór/op startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum
2
Diagnose van metastase(n) binnen 3 maanden na diagnose van primaire tumor, maar na startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum
Tumorgegevens
meta_lymf_incdat
Incidentiedatum van niet‐regionale lymfekliermetastase(n).
Vroegst bekende datum waarop een niet‐regionale lymfekliermetastase is gediagnosticeerd in de periode voorafgaand aan progressie en tot maximaal 91 dagen na incidentie van de primaire tumor.
Interval incidentie primaire tumor en niet‐regionale lymfekliermetastase(n) .
Interval obv vroegst bekende datum waarop een niet‐regionale lymfekliermetastase is gediagnosticeerd in de periode voorafgaand aan progressie en tot maximaal 91 dagen na incidentie van de primaire tumor.
Tumorgegevens
meta_visc
Metastase(n) in viscerale organen aanwezig .
Viscerale metastasen zijn gedefinieerd als afstandsmetastasen anders dan bot‐ en niet‐regionale lymfekliermetastasen.
Vanaf incidentiejaar 2015 wordt de topografie van metastasen op afstand standaard vastgelegd. Vóór 2010 was de registratie niet verplicht en t/m 2014 werden maximaal 3 topografieën vastgelegd.
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen /therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten.
Geen metastase(n) gediagnosticeerd binnen 3 maanden na diagnose van primaire tumor
1
Diagnose van metastase(n) binnen 3 maanden na diagnose van primaire tumor én vóór/op startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum
2
Diagnose van metastase(n) binnen 3 maanden na diagnose van primaire tumor, maar na startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum
Tumorgegevens
meta_visc_incdat
Incidentiedatum van metastase(n) in viscerale organen.
Vroegst bekende datum waarop een metastase in de viscerale organen is gediagnosticeerd in de periode voorafgaand aan progressie en tot maximaal 91 dagen na incidentie van de primaire tumor.
Interval incidentie primaire tumor en metastase(n) in viscerale organen (dagen).
Interval obv vroegst bekende datum waarop een metastase in de viscerale organen is gediagnosticeerd in de periode voorafgaand aan progressie en tot maximaal 91 dagen na incidentie van de primaire tumor.
Tumorgegevens
morf
Morfologie.
Histologisch type van de tumor (de eerste vier tekens van de ICD‐O morfologiecode) volgens ICD‐O‐3.2
Dit is een willekeurige en beperkte selectie van mogelijke waarden.
Tumorgegevens
mri_dominante_zijde
Dominante zijde o.b.v. MRI‐scan.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019 tot 01‐07‐2022. Deze variabele beschrijft welke zijde de meest ongunstige karakteristieken heeft (hoogste T‐stadium/hoogste PI‐RADS score).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019 tot 01‐07‐2022. Het stadium is vastgelegd zoals letterlijk genoemd in het verslag of als zodanig omschreven. Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie. Vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019 tot 01‐07‐2022. Het stadium is vastgelegd zoals letterlijk genoemd in het verslag of als zodanig omschreven. Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie. Vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019. Deze variabele beschrijft de hoogste PI‐RADS score totaal waarbij in principe wordt uitgegaan van de conclusie van het radiologieverslag.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019. Deze variabele beschrijft de hoogste PI‐RADS score links waarbij in principe wordt uitgegaan van de conclusie van het radiologieverslag.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019. Deze variabele beschrijft de hoogste PI‐RADS score rechts waarbij in principe wordt uitgegaan van de conclusie van het radiologieverslag
PI‐RADS niet vermeld. Uitslag: niet‐significant
7
PI‐RADS niet vermeld. Uitslag: onduidelijk
8
PI‐RADS niet vermeld. Uitslag: significant
9
onbekend
Dit is een willekeurige en beperkte selectie van mogelijke waarden.
Tumorgegevens
mri_prost_vol
Prostaat volume o.b.v. MRI‐scan (mL).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019.
Tumorgegevens
mri_psad
PSA densitiy o.b.v. MRI‐scan (ng/ml2).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019 tot en met 30‐06‐2022. Deze variabele beschrijft de PSA density indien beschreven in het MRI‐verslag.
Tumorgegevens
mri_t
T‐stadium o.b.v. MRI‐scan (TNM).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019 tot en met 30‐06‐2022, daarna enkel beschikbaar op projectbasis. Het stadium is vastgelegd zoals letterlijk genoemd in het verslag of als zodanig omschreven. Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie. Vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019. Deze variabele beschrijft de grootste afmeting van de grootste laesie.
Tumorgegevens
mri_tum_vol
Tumor volume o.b.v. MRI‐scan (mL).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019 tot 01‐07‐2022.
Tumorgegevens
ond_lymf
Aantal onderzochte regionale lymfeklieren.
Alle lymfklieren die in het kader van initiële diagnostiek en behandeling zijn onderzocht bij elkaar opgeteld.
Tumorgegevens
peod
Pathologische tumoruitbreiding (EoD).
De 'Extent of Disease' (EoD)‐stadiëring wordt gebruikt voor solide tumoren waarvoor geen gangbare andere stadiëring zoals de TNM‐stadiëring bestaat De EoD‐stadiëring werd ook gebruikt bij morfologie M8000 (geen PA‐bevestiging) tot incidentiedatum 01‐01‐2012.
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie.
Van 1989 tot en met 1992 4de editie (TNM 4),
van 1993 tot en met 1998 4de editie 2de revisie (TNM 4),
van 1999 tot en met 2002 is dit TNM classificatie 5de editie (TNM 5),
van 2003 tot en met 2009 is dit TNM classificatie 6de editie (TNM 6),
van 2010 tot en met 2016 is dit TNM classificatie 7de editie (TNM 7),
en vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie.
Van 1989 tot en met 1992 4de editie (TNM 4),
van 1993 tot en met 1998 4de editie 2de revisie (TNM 4),
van 1999 tot en met 2002 is dit TNM classificatie 5de editie (TNM 5),
van 2003 tot en met 2009 is dit TNM classificatie 6de editie (TNM 6),
van 2010 tot en met 2016 is dit TNM classificatie 7de editie (TNM 7),
en vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Dit is een willekeurige en beperkte selectie van mogelijke waarden.
Tumorgegevens
pos_biopt_loc
Locatie van positieve prostaatbiopten.
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2020. In deze variabele worden zowel echogeleide (systematische/random) biopten als gerichte (targeted) biopten meegenomen. MRI‐geleide (MRI in‐bore, MRI‐TRUS‐fusie en cognitieve fusie biopten) en PSMA PET/CT‐geleide biopten worden beschouwd als gerichte biopten.
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie.
Van 1989 tot en met 1992 4de editie (TNM 4),
van 1993 tot en met 1998 4de editie 2de revisie (TNM 4),
van 1999 tot en met 2002 is dit TNM classificatie 5de editie (TNM 5),
van 2003 tot en met 2009 is dit TNM classificatie 6de editie (TNM 6),
van 2010 tot en met 2016 is dit TNM classificatie 7de editie (TNM 7),
en vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
pstadium: Het pathologisch (post‐chirurgisch) stadium wordt gebaseerd op de pT, de pN en de cM/pM. Ook in het geval van prechirurgische therapie is er gekeken naar de pT en de pN (de ypT en ypN in dat geval). Wanneer er na prechirurgische therapie geen tumor meer aantoonbaar is wordt dit weergegeven als stadiump=0.
Betekenis "X" (onbekend): Het juiste stadium kan niet berekend worden, bijvoorbeeld bij TX/NX/M0. Betekenis "M" (missing): Een M wordt weergegeven als er geen TNM is ingevuld. Dit kan het geval zijn als de registratie nog niet volledig is afgerond, of er kan gebruik gemaakt zijn van de EoD‐stadiëring in plaats van de TNM‐stadiëring. Betekenis stadium "NVT" (niet van toepassing): TNM‐stadium is niet van toepassing voor de betreffende tumorsoort in deze incidentieperiode.
Dit is een willekeurige en beperkte selectie van mogelijke waarden.
Tumorgegevens
pt
pT (TNM).
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie.
Van 1989 tot en met 1992 4de editie (TNM 4),
van 1993 tot en met 1998 4de editie 2de revisie (TNM 4),
van 1999 tot en met 2002 is dit TNM classificatie 5de editie (TNM 5),
van 2003 tot en met 2009 is dit TNM classificatie 6de editie (TNM 6),
van 2010 tot en met 2016 is dit TNM classificatie 7de editie (TNM 7),
en vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Dit is een willekeurige en beperkte selectie van mogelijke waarden.
Tumorgegevens
stadium
TNM‐stadium.
Voor de TNM‐classificatie is gebruik gemaakt van de editie die geldt op het moment van incidentie.
Van 1989 tot en met 1992 4de editie (TNM 4),
van 1993 tot en met 1998 4de editie 2de revisie (TNM 4),
van 1999 tot en met 2002 is dit TNM classificatie 5de editie (TNM 5),
van 2003 tot en met 2009 is dit TNM classificatie 6de editie (TNM 6),
van 2010 tot en met 2016 is dit TNM classificatie 7de editie (TNM 7),
en vanaf 2017 is dit TNM classificatie 8de editie (TNM 8).
Stadium: Het stadium op basis van pTNM aangevuld met cTNM dat zo goed als mogelijk het daadwerkelijke stadium van de tumor weergeeft ten tijde van diagnose. In eerste instantie wordt gekeken naar de waarden van de pTNM. Wanneer er geen chirurgie heeft plaatsgevonden, de waarde van de pTNM onbekend is, of er is sprake van prechirurgische therapie (de pTNM is dan een ypTNM) dan is er gekeken naar de waarden in de cTNM.
Betekenis "X" (onbekend): Het juiste stadium kan niet berekend worden, bijvoorbeeld bij TX/NX/M0. Betekenis "M" (missing): Een M wordt weergegeven als er geen TNM is ingevuld. Dit kan het geval zijn als de registratie nog niet volledig is afgerond, of er kan gebruik gemaakt zijn van de EoD‐stadiëring in plaats van de TNM‐stadiëring. Betekenis stadium "NVT" (niet van toepassing): TNM‐stadium is niet van toepassing voor de betreffende tumorsoort in deze incidentieperiode.
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2013. Deze variabele beschrijft of er voor/op de startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum én binnen 3 maanden na diagnose prostaatbiopten zijn afgenomen.
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen/therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten.
Het eerste ziekenhuis waar de patiënt is geweest in verband met klachten gerelateerd aan de maligniteit, en waar op basis van dat bezoek een (verdenking op) maligniteit wordt afgegeven.
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2013. Deze variabele beschrijft of er voor/op de startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum én binnen 3 maanden na diagnose echogeleide prostaatbiopten zijn afgenomen.
In de periode 2013 t/m september 2015 is er geen onderscheid gemaakt tussen echogeleide biopten (ook wel random of systematische biopten genoemd) en gerichte (targeted) biopten. In deze periode nemen we aan dat het echogeleide biopten betreffen.
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen/therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten.
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2013 t/m 2019. Indien er meerdere malen is gebiopteerd, dan is de sessie met het hoogste aantal positieve biopten/meest uitgebreide lokalisatie van positieve biopten gekozen en vervolgens de sessie met de eerste datum/datum dichtste bij diagnose.
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2013. Indien er meerdere malen is gebiopteerd, dan is de sessie met het hoogste aantal positieve biopten/meest uitgebreide lokalisatie van positieve biopten gekozen en vervolgens de sessie met de eerste datum/datum dichtste bij diagnose.
Interval incidentiedatum en datum van afname echogeleide prostaatbiopten (dagen).
Beschikbaar vanaf incidentiejaar 2013. Indien er meerdere malen is gebiopteerd, dan is de sessie met het hoogste aantal positieve biopten/meest uitgebreide lokalisatie van positieve biopten gekozen en vervolgens de sessie met de eerste datum/datum dichtste bij diagnose. Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de primaire tumor.
Procesgegevens
gericht_biopt
Gerichte prostaatbiopten afgenomen.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. Deze variabele beschrijft of er voor/op de startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum én binnen 3 maanden na diagnose gerichte (targeted) prostaatbiopten zijn afgenomen. MRI‐geleide (MRI in‐bore, MRI‐TRUS‐fusie en cognitieve fusie biopten) en PSMA PET/CT‐geleide biopten worden beschouwd als gerichte biopten.
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen/therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. Indien er meerdere malen is gebiopteerd, dan is de sessie met de meest uitgebreide lokalisatie van positieve biopten (vanaf incidentiejaar 2020) gekozen en vervolgens de sessie met de eerste datum/datum dichtste bij diagnose.
Interval incidentiedatum en datum van afname gerichte prostaatbiopten (dagen).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. Indien er meerdere malen is gebiopteerd, dan is de sessie met de meest uitgebreide lokalisatie van positieve biopten (vanaf incidentiejaar 2020) gekozen en vervolgens de sessie met de eerste datum/datum dichtste bij diagnose. Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de primaire tumor.
Procesgegevens
mdo
Besproken in multidisciplinair overleg.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. In principe wordt het laatste MDO waarin een besluit over therapie is genomen vastgelegd. Indien er geen MDO voor start van therapie is uitgevoerd dan wordt het eerste MDO dat is uitgevoerd na start van therapie vastgelegd.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. In principe wordt het laatste MDO waarin een besluit over therapie is genomen vastgelegd. Indien er geen MDO voor start van therapie is uitgevoerd dan wordt het eerste MDO dat is uitgevoerd na start van therapie vastgelegd.
Interval incidentiedatum en datum van MDO (dagen).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. In principe wordt het laatste MDO waarin een besluit over therapie is genomen vastgelegd. Indien er geen MDO voor start van therapie is uitgevoerd dan wordt het eerste MDO dat is uitgevoerd na start van therapie vastgelegd. Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de primaire tumor.
Procesgegevens
mdo_zkh
Ziekenhuis van multidisciplinair overleg.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. In principe wordt het laatste MDO waarin een besluit over therapie is genomen vastgelegd. Indien er geen MDO voor start van therapie is uitgevoerd dan wordt het eerste MDO dat is uitgevoerd na start van therapie vastgelegd. Indien een patiënt besproken is in een regionaal MDO dan is het ziekenhuis van waaruit de patiënt is ingebracht vastgelegd, ongeacht waar het MDO plaatsvindt.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019. Sinds incidentiedatum 01‐07‐2019 worden alle MRI‐scans met als doel diagnostiek en/of evaluatie van prostaatkanker vanaf een jaar voor diagnose tot het registratiemoment (circa 7 tot 9 maanden na diagnose) vastgelegd. Deze variabele beschrijft of er 1) voor/op de incidentiedatum een prostaat MRI is uitgevoerd 2) of er voor/op de startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum én binnen 3 maanden na diagnose een MRI scan is uitgevoerd. MRI‐scans gemaakt ten behoeve van directe MRI‐geleide biopten en radiotherapieplanning worden niet vastgelegd.
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen/therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019. Indien er meerdere scans zijn uitgevoerd voor/op de incidentiedatum, dan is de MRI‐scan die als laatst is uitgevoerd geselecteerd. Indien er geen scan is uitgevoerd voor/op de incidentiedatum maar er wel meerdere scans zijn uitgevoerd voor/op de startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum én binnen 3 maanden na diagnose, dan is de MRI‐scan die als eerst is uitgevoerd geselecteerd.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019. Deze variabele beschrijft of er voor/op de incidentiedatum een MRI‐scan is uitgevoerd.
Interval incidentiedatum en datum van MRI‐scan (dagen).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019. Indien er meerdere scans zijn uitgevoerd voor/op de incidentiedatum, dan is de MRI‐scan die als laatst is uitgevoerd geselecteerd. Indien er geen scan is uitgevoerd voor/op de incidentiedatum maar er wel meerdere scans zijn uitgevoerd voor/op de startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum én binnen 3 maanden na diagnose, dan is de MRI‐scan die als eerst is uitgevoerd geselecteerd.
Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de primaire tumor.
Procesgegevens
mri_zkh
Ziekenhuis van MRI‐scan.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐07‐2019
Active surveillance of watchful waiting strategie uitgevoerd.
Naast active surveillance en watchful waiting, is ook best supportive care in deze variabele opgenomen. Dit omvat alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen/therapieën. De hier gedefinieerde therapiestrategieën kunnen gecombineerd zijn met een diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) verrichting.
In principe wordt in de NKR de primaire behandeling vastgelegd maar, indien er nog voor het registratiemoment (circa 7 tot 9 maanden na diagnose) toch wordt overgegaan tot tumorgerichte therapie én dit is niet vanwege ziekteprogressie dan wordt de tumorgerichte therapie ook vastgelegd. Patiënten waarbij aanvankelijk is gekozen voor active surveillance, watchful waiting of best supportive care en waarbij binnen 6 maanden na diagnose wordt overgaan op tumorgerichte therapie worden ingedeeld als nee (0). De therapie waartoe wordt overgegaan wordt in deze situatie beschouwd als onderdeel van het primaire behandelplan. Dit is in lijn met het PRIAS follow‐up protocol (versie 6.0), waarin wordt geadviseerd om 6 maanden na diagnose de PSA‐waarde te bepalen, een rectaal toucher (DRE) te verrichten en de behandelstrategie te evalueren.
Systemische chemotherapie naar pre‐ en postchirurgisch ingedeeld.
Bij de bepaling van pre‐ en postchirurgische therapie wordt uitgegaan van de volgorde van de verrichtingen in de NKR. Er wordt uitgegaan van de eerste chirurgische resectie. Lokale chirurgische ingrepen (zoals poliepectomie, excisiebiopsie, TUR, fotodynamische therapie, electrocauterisatie, cryochirurgie, radiofrequente ablatie) worden niet meegenomen in de bepaling.
Een cystoprostatectomie wordt bijna uitsluitend verricht omdat er (ook) sprake is van een andere urogenitale maligniteit (prostaatkanker is frequent een toevalsbevinding).
Systemische hormonale therapie naar pre‐ en postchirurgisch ingedeeld.
Bij de bepaling van pre‐ en postchirurgische therapie wordt uitgegaan van de volgorde van de verrichtingen in de NKR. Er wordt uitgegaan van de eerste chirurgische resectie. Lokale chirurgische ingrepen (zoals poliepectomie, excisiebiopsie, TUR, fotodynamische therapie, electrocauterisatie, cryochirurgie, radiofrequente ablatie) worden niet meegenomen in de bepaling.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. De omvang wordt vastgelegd als beperkt indien het een gelimiteerde (obturatorius klieren) of standaard (obturatorius + iliaca externa klieren) lymfeklierdissectie betreft. De omvang wordt vastgelegd als uitgebreid indien het een uitgebreide (obturatorius + iliaca externa + iliaca interna klieren) of super uitgebreide (obturatorius + iliaca externa + iliaca interna + iliaca communis + presacrale klieren) lymfeklierdissectie betreft.
De cystoprostatectomieen zijn uitgesloten. Tot incidentiejaar 2013 werd iedere prostatectomie die onderdeel is van het initiële behandelplan vastgelegd. Vanaf incidentiejaar 2013 wordt elke prostatectomie die is uitgevoerd vastgelegd. De zogeheten uitgestelde prostatectomieen worden niet standaard geleverd maar kunnen indien gewenst wel opgevraagd worden.
Peri‐operatief bloedverlies bij prostatectomie (ml).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015 tot en met 31‐12‐2022.
Behandelgegevens
pros_cad_dat
Datum van katheter (CAD) uit na prostatectomie.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015 tot en met 31‐12‐2022.
01‐01‐1900 = datum onbekend/niet van toepassing
Interval incidentiedatum en datum van katheter uit na prostatectomie (dagen).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015 tot en met 31‐12‐2022. Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de primaire tumor.
Behandelgegevens
pros_chir_tech
Chirurgische techniek van prostatectomie.
Het onderscheid tussen open en (conventioneel) scopische chirurgie is vanaf 2010 volledig te maken en het onderscheid naar conversie vanaf 2015. Vanaf 2014 wordt standaard vastgelegd of de chirurgie robot‐geassisteerd is uitgevoerd.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 16‐04‐2016. Tot operatiedatum 30‐06‐2019 is de heropname tot 30 dagen na prostatectomie vastgelegd. Vanaf operatiedatum 01‐07‐2019 wordt de heropname tot 90 dagen na prostatectomie vastgelegd. De reguliere opname voor het verwijderen van de katheter (CAD) na prostatectomie telt niet als heropname.
Dit is een willekeurige en beperkte selectie van mogelijke waarden.
Behandelgegevens
pros_opnameduur
Opnameduur m.b.t. prostatectomie (dagen)
Behandelgegevens
pros_rad
Radicaliteit van prostatectomie.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 01‐10‐2015. Dit item wordt gebruikt bij invasieve tumoren om aan te geven of er tumorrest is na een resectie gericht op de primaire tumor (T). Dit item gaat niet over regionale lymfeklieren en metastasen op afstand. In de bepaling van de radicaliteit wordt alleen gekeken naar de invasieve, primaire tumor. Eventuele lymfeklieren in het resectiepreparaat worden niet meegenomen in de beoordeling van het item radicaliteit 'primaire tumor'.
Microscopische radicale resectie: als de patholoog aangeeft dat de snijranden vrij zijn en/of dat de ingreep radicaal is geweest en de chirurg in het operatieverslag niet aangeeft dat mogelijk macroscopisch tumorrest is achtergebleven.
Microscopisch irradicale resectie: als de patholoog aangeeft dat de snijranden niet vrij zijn en/of dat de ingreep niet radicaal is geweest en de chirurg in het operatieverslag niet aangeeft dat mogelijk macroscopisch tumorrest is achtergebleven.
Macroscopisch irradicale resectie: als de chirurg in het operatieverslag aangeeft dat er macroscopische tumorrest is achtergebleven door een incomplete resectie van de primaire tumor of als de chirurg niets in het operatieverslag aangeeft maar het wel beschreven staat in het macroscopische deel van het PA‐verslag.
Tot en met incidentiedatum 15‐04‐2016 werd bij de bepaling van radicaliteit alleen de informatie uit het PA‐verslag meegenomen.
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 16‐04‐2016 tot en met 31‐12‐2019.
Behandelgegevens
pros_tum_vol
Tumor volume o.b.v. prostatectomie (%).
Beschikbaar vanaf incidentiedatum 16‐04‐2016 tot en met 31‐12‐2019.
996 = volume percentage is <25%
997 = volume percentage is 25‐50%
998 = volume percentage is =50%
999 = onbekend/niet vermeld in het verslag
Radiotherapie naar pre‐ en postchirurgisch ingedeeld.
Dit betreft radiotherapie gericht op de primaire tumor.
Bij de bepaling van pre‐ en postchirurgische therapie wordt uitgegaan van de volgorde van de verrichtingen in de NKR. Er wordt uitgegaan van de eerste chirurgische resectie. Lokale chirurgische ingrepen (zoals poliepectomie, excisiebiopsie, TUR, fotodynamische therapie, electrocauterisatie, cryochirurgie, radiofrequente ablatie) worden niet meegenomen in de bepaling.
Systemische targeted therapie naar pre‐ en postchirurgisch ingedeeld.
Dit betreft systemische targeted therapie, inclusief immunotherapie.
Bij de bepaling van pre‐ en postchirurgische therapie wordt uitgegaan van de volgorde van de verrichtingen in de NKR. Er wordt uitgegaan van de eerste chirurgische resectie. Lokale chirurgische ingrepen (zoals poliepectomie, excisiebiopsie, TUR, fotodynamische therapie, electrocauterisatie, cryochirurgie, radiofrequente ablatie) worden niet meegenomen in de bepaling.
Interval incidentiedatum en eerste bekende datum tumorgerichte therapie (dagen).
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen/therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten. Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de primaire tumor.
Behandelgegevens
tumgericht_ther_bekend_startdat1
Startdatum van eerste tumorgerichte therapie met bekende datum.
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen/therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten.
Interval incidentiedatum en startdatum van eerste tumorgerichte therapie (dagen).
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen/therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten. Als incidentiedatum geldt de datum van de eerste histologische of cytologische bevestiging van de primaire tumor.
Behandelgegevens
tumgericht_ther_startdat1
Startdatum van eerste tumorgerichte therapie.
Tumorgerichte therapie is gedefinieerd als therapie die in opzet curatief is of als doel heeft progressie te remmen en/of het leven te verlengen. Dit omvat: chirurgie van primaire tumor, radiotherapie op primaire tumor, systemische therapie, onbekende therapie en overige lokale tumorgerichte therapie.
Diagnostische (e.g. lymfeklierdissectie) of alleen palliatieve (primair gericht op symptoombestrijding) verrichtingen/therapieën worden niet beschouwd als tumorgerichte therapie. Ook active surveillance en watchful waiting strategieën worden uitgesloten.